Bericht

BAPN geeft, op vraag van de Kamer, haar advies betreffende twee wetsvoorstellen voor een betalingsuitstel van het consumentenkrediet.

Hieronder kan u een samenvatting vinden van onze analyse voor de Kamer. De volledige brief vindt u hier.

In februari dit jaar hadden maar liefst 5 339 237 personen ten minste één openstaand consumentenkrediet . Wanneer ze gedurende twee maanden hun aflossing niet kunnen respecteren zullen ze in gebreke worden gesteld en krijgen ze nog dertig dagen de tijd om het achterstallige bedrag te vereffenen. Anders wordt het krediet opgezegd en dit brengt grote gevolgen met zich mee. Rekeningen worden geblokkeerd, er kan beslag gelegd worden op het loon en de consument wordt opgenomen in het negatieve bestand van de Centrale voor krediet aan particulieren.

Mensen met betalingsproblemen hebben momenteel weinig uitwegen. In normale omstandigheden kunnen ze terecht bij het vredegerecht om uitstel tot betaling te vragen, maar deze zijn momenteel gesloten. We zien dat sommige financiële actoren hier handig op inspelen door consumenten een nieuw krediet, met vaak hoge interesten, aan te bieden. Het speekt voor zich dat dit mensen nog dieper in de problemen zal brengen.

We waren daarom zeer tevreden dat verschillende parlementsleden zich geëngageerd hebben om een wetsvoorstel uit te werken dat een betalingsuitstel voor het consumentenkrediet mogelijk maakt. Het gaat om deze twee voorstellen: nr. 1155/1, nr. 1184/1

In beide voorstellen worden er terecht geen nalatigheidsinteresten, boetes of dossierkosten aangerekend wanneer iemand beroep wil doen op betalingsuitstel. Het voorstel 1155/1 voorziet een extra bescherming voor kwetsbare gezinnen aangezien ze de debet interesten op het openstaand kapitaal voor de periode van het betalingsuitstel achteraf niet moeten terugbetalen.

Het voorstel 1184/1 voorziet een maximale betalingstermijn van 3 maanden, in het voorstel 1155/1 is dit maximaal acht maanden en is de aanvraagtermijn ook langer. We zijn voorstander van een lange aanvraagtermijn om de take-up zo hoog mogelijk te houden. Ook een lange termijn voor het uitstel zelf is noodzakelijk, wetende dat de gevolgen van deze crisis nog lang zullen nazinderen.

In het voorstel 1184/1 hebben enkel tijdelijk of technisch werklozen en zelfstandigen die hun beroepsactiviteit hebben moeten stopzetten recht op een betalingsuitstel. In het voorstel 1155/1 komen consumenten in aanmerking voor een betalingsuitstel wanneer ze inkomensverlies lijden door tijdelijke of volledige werkloosheid, door de COVID-19-ziekte, door het sluiten van een handelszaak of door de overgangsmaatregelen meer algemeen. We pleiten ervoor dat de toegangsvoorwaarden niet te strikt worden geformuleerd. Gezinnen in armoede die hun kosten momenteel zien stijgen, mensen die hun uitkering laattijdig ontvangen, werknemers met een atypisch contract of zij die werken in de informele economie moeten zeker ook toegang krijgen tot betalingsuitstel.

In het voorstel 1184/1 moet de kredietnemer inkomensverlies kunnen aantonen. Het voorstel 1155/1 geeft ook betalingsuitstel wanneer de partner van de kredietnemer zijn/haar inkomen zag dalen. Wat dit punt betreft, hebben we een grote voorkeur voor het voorstel 1155/1 aangezien het consumentenkrediet meestal maar op één naam staat maar vaak gans het gezin de lasten van het krediet draagt.

Consumenten die reeds een betalingsachterstand hadden op 01/03/2020 komen niet in aanmerking voor een betalingsuitstel in het voorstel 1184/1. Het voorstel 1155/1 sluit deze consumenten niet uit. Ze krijgen wel enkel uitstel van betaling voor achterstanden opgebouwd na 1 maart 2020. We steunen met betrekking tot dit aspect het voorstel 1155/1. Het voorstel 1184/1 dreigt met deze maatregel de meest kwetsbare gezinnen uit te sluiten.

Enkel kredieten met een maandelijkse aflossing hoger dan 100 euro komen in het voorstel 1184/1 in aanmerking voor een betalingsuitstel. Ook deze voorwaarde dreigt volgens ons de meest kwetsbare gezinnen uit te sluiten. We vragen daarom geen minimale mensualiteit in de wet op te nemen.

Het voorstel 1184/1 legt weinig verplichtingen op aan de kredietgever. Zij kunnen consumenten een betalingsuitstel verlenen maar lijken hiertoe niet verplicht. Dit is voor ons problematisch.

Een sterk punt in het wetsvoorstel 1155/1 is dat kredietgevers proactief consumenten moeten informeren over een mogelijk betalingsuitstel wanneer ze een aflossingsachterstand oplopen. Ook moeten ze de consument informeren over de te volgen stappen en deze moeten eenvoudig gehouden worden. Dergelijke maatregelen zijn noodzakelijk om de take-up bij net die kwetsbare groepen hoog te houden.

Een andere goede maatregel in het voorstel 1155/1 is dat de kredietgever die een aanvraag tot betalingsuitstel krijgt als gevolg van baanverlies moet nagaan of de consument hiervoor destijds een verzekering heeft afgesloten. Vervolgens dient de kredietgever zich te richten tot de verzekeraar om de schadevergoeding te verkrijgen.
Beide voorstellen bepalen dat een betalingsachterstand in het kader van deze uitzonderlijke procedure niet mag leiden tot een negatieve registratie in de Centrale voor kredieten aan particulieren. Dit is voor ons natuurlijk een belangrijke maatregel.

We zijn tevreden dat er momenteel twee wetsontwerpen op tafel liggen die een betalingsuitstel voor het consumentenkrediet mogelijk maken. We hopen dat er nu snel een wet zal volgen, die voldoende rekening houdt met de noden van mensen in armoede.